Podocarpus
Chinese yew, Japanese pine, buddhist pine (Eng.)
Confère de Chine, pin des bouddhistes (Frans)
Alpen-Steineibe, Schnee-Steineibe (Duits)
Podocarpaceae - podocarpusfamilie
De podocarpus-familie omvat ca.100 soorten. Het zijn naaldbomen (coniferen) die in tropische en subtropische gebieden groeien. In Nederland en België zijn sommige soorten in tuinen, botanische tuinen, arboreta en soms ook als bonsai te vinden. Het aantrekkelijke van podocarpus zijn de altijd groenblijvende donkergroene naalden.
Podocarpus latifolius is de nationale boom van Zuid-Afrika.
Naamgeving
Ik kon geen Nederlandse naam voor deze boom vinden. Podo komt van het Griekse woord podos wat voet en karpos wat vrucht betekent. Dit heeft betrekking op de verdikte onderkant van de vrucht.
Plantkenmerken
Podocarpus komt voor als boom of struik. De boom, podocarpus elatus, kan 35 m hoog worden, lage struiksoorten slechts 1 m. Hij hoort tot de coniferen die geen kegels ontwikkelen. Hun zaden zijn ingebed in een vlezige bes.
Podocarpus is tweehuizig, d.w.z. dar de vrouwelijke en mannelijke bloemen op verschillende bomen groeien. De mannelijke bloemen zijn gele, katjesachtige kegels die stuifmeel verspreiden, terwijl de vrouwelijke bloemen naakte zaden op stelen dragen die zich tot blauwzwarte of rode bessen ontwikkelen. Deze worden graag door duiven, papegaaien, fazanten, apen en soms ook door mensen gegeten.
Soorten en hun herkomst
De Zuid-Afrikaanse soorten zoals
Podocarpus elongatus en latifolius zijn grote bomen die tijdens de kolonisatie een belangrijke rol als timmerhout gespeeld hebben. Er werden vooral vloeren, plafonds en meubels vervaardigd. Ook maakte men er grafkisten van.
Podocarpus elatus
is één van de grootste bomen in Australië (Queensland). Als volwassen boom heeft hij een brede, open kroon en een afbladderende, donkerbruine bast. De donkergroene, lederachtige naalden hebben een scherp gepunte top. De ronde, paarse vruchten zijn eetbaar. De boom is bij ons matig winterhard.
Podocarpus latifolius
is een altijd groene boom en langzame groeier. Hij kan 30 m hoog worden. Hij heeft lange smalle naalden en groeit meestal in bergachtige streken van Zuid-Afrika en Zimbabwe.
Podocarpus totara
is een langzaam groeiende bosboom. Hij is inheems in Nieuw Zeeland en waarschijnlijk de grootste boom van de podocarpaceae-familie(tot 51 m). De naalden zijn bruinachtig en donkergroen. De boom ontwikkelt een brede stam en wortelstelsel. De kroon is bij oudere bomen vrij open. Bij de Maori’s was totara bekend als beste houtleverancier voor kano’s en houtsnijwerk.Traditioneel moest volgens de Maori’s na het kappen van een totara een nieuwe boom geplant worden.Dat waren zij een de god van het bos verplicht. De grootste boom staat in het Pureora Forest Park Area van Nieuw Zeeland.
Podocarpus macrophyllus
is op vochtige, humusrijke grond in de bergen van Japan en China te vinden. Hij kan 20 m hoog worden. Als boeddhistische den is hij vaak in Japanse tempeltuinen te vinden. Hij heeft vrij dikke, ca. 15 cm lange naalden die eerder langwerpige bladeren lijken. Na de bloei verschijnen kleine zwarte bessen.
Deze lage soorten zijn geschikt voor de rotstuin
Podocarpus spinulosus is een middelgrote struik of kleine boom die niet hoger wordt dan 2 m.
Podocarpus nivalis wordt vaak als bonsai geteeld.